#Ge 19/2024-
voorgaande
voorgaande
Dreumel -
© versie Boek Jos Lankveld 2012
Blz. |
Korte beschrijving onderwerp 1896 - |
57 |
Tabel 4- |
132 |
Intro van de 21 fabriekjes Regio Maas en Waal. |
133 |
Kaartje afb. 4.98 en tabel 4.16 met melkverwerking 1900, 1905, 1910, 1915 en 1920, schatting is resp 0,10, 0,15, 0,20, 0,20 en 0,20 mln. KG. Wat opvalt is dat alle fabriekjes, deze eerste periode handkracht waren en dezelfde - |
135 |
Voorjaar 1896 ontstond het coöp. (handkracht) boterfabriekje “De Boterbloem”. Bij de start waren er 44 koeien, van een niet vermeld aantal leden! |
229 |
In een korte opsomming van WOII oorlogschade, wordt bij de fabriek van Dreumel vermeld dat deze zo ernstig was beschadigd dat niet zonder meer de melkverwerking kon worden hervat. De melk werd door buurfabrieken verwerkt. |
241 |
Tabel 6.7 Melkverwerking 1955, 1960 en 1965 resp. 1,84, 2,90 en 4,24 mln. Kg. Schrijver steld dat de overgebleven kleine fabriekjes Dreumel, Groesbeek en Horssen in het Gelders Rievierengebied nog lang zelfstandig konden blijven door hun ligging. |
244 |
De GOZ probeerde eind 1959, een samenwerking tot stand te brengen tussen de coöp. van Dreumel, Horssen en Leeuwen. Dit was echter niet mogelijk, Dreumel bleek n.l. sinds 1953 een leveringscontract met de part. Utrechts / Tielse VM te hebben, waar ze aan vast zat.** |
268 |
Zuivelfabriek Dreumel is nr. 110 in lijst zuivelfabrieken - |
|
* Ze trad in 1982 toe tot Melkunie maar bleef tot 1985 lid van de GOZ. en fungeerde uitsluitend nog als melkleverende vereniging. |
|
** Vanaf moment van dagelijkse melklevering aan VM, had Dreumel ook geen eigen melkverwerking (boter) meer. |
Dreumel in ‘Boek Lankveld’ (nr. 110 Regio-