Zoeken binnen deze pagina ‘ctrl. f’ zoekvak

1872

1870

▲  Knipselkeuze

In het Tijdschrift-Ned-Nijverheid-Historie-zuivelfabrieken_1872

Schrijft Prof. v. Hall over de Amerikaanse, Engelsche en de eerste vier Nederlandse kaasfabrieken

[178]

Aan de hand van gesprekken en een brief van kaashandelaar/zuivelfabriekant Muller heeft hij het over de eerste Nederlandse zuivelfabriekjes:

......Een mijner Engelsche vrienden - aldus Muller - besloot daarop mij voor zijne rekening te Broek in Waterland (Noord-Holland) de oprigting eener dergelijke fabriek op te dragen, hetgeen ook daarop door mij volbragt is.

Door latere omstandigheden is die eerste door mij gebouwde fabriek in andere handen overgegaan en heeft een ander kaashandelaar, naar aanleiding daarvan, mede een proef in het klein, om Amerikaansche kaas te maken te Bodegraven (Zuid-Holland) genomen , die evenwel mislukt is, waarschijnlijk door gebrek aan kundig personeel. De Heer W. Wernink te Gouda, mede een voornaam kaashandelaar, droeg mij toen op, de thans onder mijn beheer werkende fabriek te Waddinxveen in te rigten. Na deze historische schets van de invoering der kaasfabrikatie in het groot in ons land, vervolgt de Heer Muller met een uitvoerige beschrijving van de kaasfabriek in Waddinxveen.

[182-183]]

.......Gelijk wij hierboven zeiden, kan eene kaasfabriek op verschillende wijzen tot stand gebragt worden,

maar de Heer Muller rekent het het best, dat of eenige landbouwers zich vereenigen om een fabriek te koopen of te laten bouwen, en dat dan ondergoed beheer de door hun geleverde melk verwerkt en de opbrengst de kaas en wei later naar ieders aandeel verdeeld worde.......... Deze genoemde wijzen van handelen moet ook mettertijd hier te lande gevolgd worden en is men nu reeds begonnen dit te doen in Noord-holland, met name in den Wieringerwaard.