#Ze-
voorgaande
Bron: Officiëel Orgaan van den FNZ. 14 april 1926 nr. 15
De 30ste Maart j.l. was voor de zuivelcoöperatie in Zeeland een gedenk-
In 1888 reeds zoo schrijft de heer Zwagerman in het „Landbouwblad voor Zeeland en Noord-
Aanzicht vernieuwde fabriek in 1926
De plannen voor gebouw en inrichting, waarbij men rekening heeft gehouden met verdere uitbreiding in de toekomst, zijn, in overleg met den zuivelconsulent, door het Technisch Bureau van den F. N. Z. ontworpen en uitgevoerd. Het gebouw staat vrij en ruim en op een prachtig punt. Luxe, welke groote kosten met zich gebracht zou hebben, is afwezig. Het bedrijf dat, wat de installatie be-
De vleugel op het Zuiden bevat: het ketelhuis met bergplaats voor auto en steenkool, de machinekamer met pompenlokaal; de bewaarplaats voor de consumptiemelk en karnemelk met aftapgelegenheden voor de melkwagentjes, bergplaats voor de melkwagentjes en een lokaal voor papbereiding en; 't maken van flesschenmelk. Aan de binnenzijde van deze vleugel worden de venters voorzien van alles wat ze noodig hebben.
De tijdsomstandigheden waren er echter niet naar, om op het gebied van bouw of instal-
De expansie-
consumptiemelk melk gebruikt en boven-
De steeds toenemende omvang van de onderneming is oorzaak geweest, dat het bestuur in November 1923 voor de alge-
Hieraan heeft men ook voldoende gehad, daar de gebouwen, met woonhuis voor den directeur, op ongeveer f 125.000.-
De oude melkontvangst
Een geschriftje over de toenmalige opbrengst der melk werd verspreid, excursies naar Brabant en Limburg ondernomen en een groot aantal lezingen gehouden. Het gelukte echter niet de melk van meer dan ± 300 koeien toegezegd te krijgen, terwijl toch blijkens een toen ingesteld onder-
Voor hun producten kregen zij niet datgene wat er voor gemaakt kon worden. De boerenboter werd in Middelburg en Vlissingen of op het platteland verkocht. Ze bracht in den kleinhandel in 1907 gemiddeld f 1.15 per K.G. op, terwijl in dat jaar de fabrieksboter te Leeuwarden in den groothandel gemiddeld f 1.29½ noteerde.
Een volgende poging om een flinke zuivelfabriek op Walcheren te stichten en wel in den vorm van een N.V. op coöperatieven grondslag, welke in Vlissingen zou worden gebouwd, mislukte in 1913 eveneens.
Eerst de groote moeilijkheden op economisch gebied gedurende de oorlogsjaren brachten een groep van melkveehouders op Walcheren tot de overtuiging, dat krachtige samenwerking noodzakelijk was om de rechten van den melkproducent te verdedigen. En zoo werd in 1916 door ongeveer 80 melkveehouders een coöperatie gesticht en door hen een particuliere melkinrich-
De gebouwen waren grootendeels zeer bouwvallig en de inrichting uiterst primitief.
Omtrent de inrichting der nieuwe fabriek geeft bovengenoemd blad nog de volgende détails.
Het gebouwencomplex heeft den hoefijzervorm. In den vleugel op het Noorden vinden we: de directeurswoning, het bediendenkantoor, de hal voor de uitbetaling der melk, het directeurskantoor en het lokaal voor de verzuring van den room. Onder dit laatste lokaal bevindt zich de boterkoelkelder en de boter-
Coöp. Melkinrichting en Zuivelfabriek „Walcheren" te Middelburg.
Voor stoom levering zijn er twee stoomketels, elk met een verwarmd oppervlak van 80 M2.
De plannen voor gebouw en inrichting, waarbij men rekening heeft gehouden met verdere uitbreiding in de toekomst, zijn, in overleg met den zuivelconsulent, door het Technisch Bureau van den F. N. Z. ontworpen en uitgevoerd. Het gebouw staat vrij en ruim en op een prachtig punt. Luxe, welke groote kosten met zich gebracht zou hebben, is afwezig. Het bedrijf dat, wat de installatie be-
De vleugel op het Zuiden bevat: het ketelhuis met bergplaats voor auto en steenkool, de machinekamer met pompenlokaal; de bewaarplaats voor de consumptiemelk en karnemelk met aftapgelegenheden voor de melkwagentjes, bergplaats voor de melkwagentjes en een lokaal voor papbereiding en; 't maken van flesschenmelk. Aan de binnenzijde van deze vleugel worden de venters voorzien van alles wat ze noodig hebben.
Voor stoom levering zijn er twee stoomketels, elk met een verwarmd oppervlak van 80 M2.
In de machinekamer staat een stoommachine van 80 I. P. K. Werktuigen die 's middags moeten werken hebben electrische aandrijving met stroomlevering door Middelburg. Naast de stoommachine staat een ammoniak-
Twee nortonputten leveren overvloed van diep grondwater. Dit wordt door twee pompen, die elk 40 M3. water per uur opbrengen, door de koelers en in het koudwaterreservoir geperst. Boven het pompenlokaal zijn een drietal groote reservoirs geplaatst. Het eerste voor koud water uit de nortonputten, het tweede voor warm water en het derde voor gekoeld leidingwater voor het wasschen der boter.
De midden-
Ook de afdeeling voor de bereiding van flesschenmelk en pap is volgens de nieuwste eischen ingericht. Voor het verzuren van den room en voor het bewaren der consumptiemelk zijn afzonderlijke, zeer practisch ingerichte localen aanwezig.
Door de fabriek loopt een uitgebreid net van buisleidingen. Een buizennet dient voor het vervoer van gekoeld pekelwater door de geheele fabriek. Een ander voor koud nortonwater. Een derde voor warm water voor de reiniging. Ten slotte een vierde net voor stoom. Daar tusschendoor loopen allerlei leidingen voor melk, ondermelk, karnemelk en room.
Zooals gebruikelijk had de opening in tegenwoordigheid van tal van genoo-
De heer Zwagerman, zuivelconsulent der provincie Zeeland, schetste in het kort de beteekenis van het nieuwe bedrijf voor de veehouders van Walcheren en voor de inwoners van Middelburg en Vlissingen en vertelde een en ander van de wordingsgeschiedenis en de inrichting en werkwijze van het bedrijf. Verschillende personen uitten hunne beste wenschen voor den verderen bloei van dit zuivelbedrijf.
Ter illustratie geven wij hierbij drie foto's. Zie 3e foto op pdf-
.Middelburg 3/3
Middelburg CZ. Walcheren 1916 -
Geen frame -
Middelburg: Gasten tijdens eerste steenlegging nieuwe zuivelfabriek CZ Walcheren 1924
Middelburg: twee opnamen bouw nieuwe zuivelfabriek CZ Walcheren 1925