#NBr/2020-
voorgaande
voorgaande
Geplaatst als © versie
Stratum -
Zuivelindustrie: nieuwe initiatieven in Stratum
In 1899 vroeg F.A.M. Crielaers in Stratum een vergunning aan om een stoommachine te mogen plaatsen in zijn boterfabriek. Die fabriek was gevestigd in zijn oude sigarenfabriek op de hoek Tongelresestraat-
Crielaers produceerde niet alleen roomboter, maar handelde ook in margarine. In 1902 werd hij ervan beschuldigd de Boterwet te hebben overtreden en partijen met margarine vermengde boter o.m. aan Duitsland te hebben verkocht. Naar het oordeel van de rechter slaagde het openbaar ministerie er echter niet in de overtreding overtuigend aan te tonen en Crielaers werd dan ook vrijgesproken.
Toen in 1903 de oude stoombierbrouwerij van F. Keunen aan de brug van de Stratumsedijk geveild werd, wist Crielaers het gebouw met het aanpalende woonhuis voor ƒ 12.975,-
Intussen was in 1900 in Stratum een tweede poging gedaan om een boterfabriek op te richten. De initiatiefnemers waren dit keer A.A.C.M. Raupp en een zekere Schenaerts, die een fabriek wilden stichten in de Roosten. De aangevraagde hinderwetvergunning voor een stoommachine werd verleend, maar het heeft er alle schijn van, dat er geen gebruik van is gemaakt.
Einde 1910 of begin 1911 was er in Stratum sprake van een derde initiatief. Na een aantal propagandalezingen door de rijkszuivelconsulent J.J. Wintermans waren twintig boeren zo enthousiast geworden, dat zij besloten tot de oprichting van de Coöperatieve Moderne Melkinrichting, die later ook wel melkinrichting "Moderne" zou worden genoemd. Voor het benodigde geld zorgde de Boerenleenbank, terwijl de boeren zelf een aantal aandelen namen dat overeenkwam met hun aantal koeien. Nog hetzelfde jaar werden ook tien grote boeren uit Woensel lid van de coöperatie. In januari 1911 kon de bouw van de fabriek worden aanbesteed. Het werk werd voor ƒ 6.985,-
Het bedrijf is waarschijnlijk in juni geopend, want toen werden in de krant melkventers gevraagd. De melkinrichting (met melksalon) was aanvankelijk alleen gevestigd aan de Bleekstraat (ook dit pand staat er nog, tegelhandel Hiva is erin gevestigd), in 1913 blijken er echter ook twee filialen in Woensel te zijn en wel aan de Kerkweg (Kruisstraat) en de Hemelrijken, terwijl er op het einde van dat jaar ook nog een filiaal was gevestigd in Geldrop, maar al die nevenvestigingen zullen ongetwijfeld alleen voor de detailhandel hebben gediend.
Disselhoff heeft het niet lang uitgehouden in Stratum. Al in november 1911 verhuisde hij naar Helmond. Hij werd in november 1912 (!) opgevolgd door A.H. Huizing, die in 1878 in Hoogezand was geboren en eveneens rooms-
In 1914/1915 kwam het bedrijf in andere handen. Hoe dat precies is verlopen, weten we niet, want de berichtgeving is niet erg helder. In december 1914 meldde de krant, dat het bedrijf voor ƒ 16.510 was aangekocht door de Stratumse wethouder P. Versantvoort. Op het einde van dat jaar werd de firma Van Heerturn & Cie opgericht; firmanten hiervan waren P. Versantvoort, M.W.C. van Heertum uit Dongen, die directeur van een zuivelfabriek was, A.C.J. van Heertum uit Schijndel, de Woenselse landbouwer W. Renders en de Stratummer L. van Kuyk.
In het landbouwverslag over 1915 is te lezen, dat de melkinrichting op 17 maart 1915 werd verkocht aan "een consortium". Daarmee werd ongetwijfeld deze firma Van Heertum bedoeld, want M.W.C. van Heertum werd toen directeur. In april 1919 staakte het bedrijf zijn activiteiten. Volgens een krantenbericht zou het zijn overgenomen door de melkinrichting St.Joseph, waarbij gebouwen en machinerieën buiten de transactie waren gebleven. Het jaarverslag van St.Joseph maakt alleen melding van de overname van achttien ventwagens.
bronnen:
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Bron: http://eindhoven-
Geen frame -