#Ov/2020-08-04

versie-7.0

voorgaande

voorgaande

De Melkfabriek: 1893-1993, honderd jaar zuivelcoöperatie in Tubbergen / door Jos Oude Nijhuis

Vanaf 1850 was Nederland een boter-exporterend land. De boeren verkochten hun producten aan tussenhandelaren, maar de export stortte in door de slechte kwaliteit van de boter en de opkomst van de margarine. De fabrieksmatige bereiding van boter van betere kwaliteit was het antwoord op de problemen. Boeren verenigden zich in coöperaties, ook in Tubbergen.

In 1893 komen in Tubbergen zelfs twee boterfabrieken tot stand, de coöperatieve stoomzuivelfabriek De Vrijheid en de particuliere boterfabriek La Neerlandia. Auteur Jos Oude Nijhuis schetst de precies honderdjarige geschiedenis van De Vrijheid, sinds 1917 producerend onder de naam De Eendracht. Hij is jaren bezig geweest met verzamelen van informatie en dat zie je aan het boek af. In het bijna 300 bladzijden dikke, in groot formaat uitgegeven en rijk geïllustreerde boekwerk wordt nauwgezet weergegeven hoe de productie van boter en kaas in een eeuw tijd in technisch opzicht veranderde, hoe men in tijden van economische neergang overleefde, hoe er gewerkt en bestuurd werd. In de jaren vijftig is alles nog overzichtelijk, de melkrijders halen de melkbussen op bij de boeren, onder het deksel van de lege melkbussen worden de zakjes met melkgeld gestopt. In de jaren 60 en 70 verschijnt de melktank op het toneel tegelijk met schaalvergroting van de boerenbedrijven (Mansholt), melkquota, automatisering van het productieproces. Daarna volgt de schaalvergroting binnen de bedrijfstak: overnames, fusies en sluiting van vestigingen. De aangesloten boeren kozen in 1991, tot ongenoegen van de werknemers van De Eendracht, voor aansluiting bij de Coberco, dat later opging in Friesland Coberco, dat weer opging in Koninklijke Friesland, dat weer opging in Koninklijke Friesland Campina. Auteur Jos Oude Nijhuis schrijft in zijn naschrift: De Eendracht had niet in 1991 maar al veel eerder moeten fuseren met Ormet in Almelo/Enschede en met Dinkelland in Losser. Dan was er vroegtijdig een sterke Twentse zuivelorganisatie ontstaan, die op meerdere fronten – van kaas tot koffiemelk – actief had kunnen zijn. Wellicht had dat niet geleid tot behoud van de Tubbergse fabriek maar waarschijnlijk wel tot behoud van de zuivelindustrie voor Twente.
In november 1993, precies honderd jaar na de stichting van de fabriek, heeft de slopershamer het laatste stukje van het jarenlang beeldbepalende gebouw in het centrum tegen de vlakte gewerkt. Alleen een plaquette ter herinnering rest nog.

http://transisalania.blogspot.com/2009/12/de-opkomst-bloei-en-neergang-van-twee.html

Auteur Jos Oude Nijhuis met links oud-directeur Sijf Kuypers en rechts oud-voorzitter Gerard Boswerger.                Foto Reinier van Willigen

Tubbergen De Eendracht 1893 - 1993

 Tubbergen Boekpresentatie 27 nov. 2009

Geen venster - hier ophalen - www.zuivelhistorienederland.nl

voorgaande pagina voorgaande pagina

Tubbergen - 2/2

Presentatie boek                                                                                       Bron. Turbantia            


Boek ‘De Melkfabriek’ ten doop

vrijdag 27 november 2009 | 09:59 | Laatst bijgewerkt op: vrijdag 27 november 2009 | 12:54


TUBBERGEN - Op de plek waar ooit zuivelfabriek De Eendracht was, in het pand van de Rabobank in Tubbergen, is donderdagavond het boek ‘De Melkfabriek’ gepresenteerd.


Een hoogtepunt voor de initiatiefnemer, de stichting Heemkunde Tubbergen . Een hoogtepunt ook voor schrijver Jos Oude Nijhuis, tevens redacteur van de Twentsche Courant Tubantia. Hij begon in 2004 met zijn tot in detail uitgewerkte researchwerk over de rol van de zuivelfabriek in de lokale gemeenschap.


De vroegere bestuursvoorzitters Gerard Boswerger en Herman Booijink ontvingen in een volle zaal de eerste exemplaren. Hetzelfde gold voor de oud-directeuren Sijf Kuypers en Arjen de Boer.


Via Dorpsplein Tubbergen -                                                            link niet meer mogelijk !


Heemkunde brengt boek uit over historie zuivelfabriek


TUBBERGEN - Auteur Jos Oude Nijhuis legt belangrijk stuk geschiedenis vast.

De stichting Heemkunde Tubbergen brengt een boek uit waarin de geschiedenis van de Coöperatieve Tubbergse Zuivelfabriek wordt beschreven. Jos Oude Nijhuis, journalist bij De Twentsche Courant Tubantia en woonachtig in Tubbergen, is de auteur van het boek. In de publicatie komen de ontstaansgeschiedenis, de economische, sociale en bedrijfsmatige ontwikkelingen van de zuivelindustrie in de gemeente Tubbergen uitvoerig aan bod.


Ook het zware werk van de melkrijders, kaasmakers en ander personeel wordt belicht. De teksten zijn gelardeerd met historisch beeldmateriaal. Het boek komt nog dit jaar op de markt. Marcel Mentink, voorzitter van de stichting Heemkunde Tubbergen, is in zijn nopjes met de op handen zijnde uitgave.

“Na het uitbrengen van het boek 'Dorp en buurtschap Tubbergen in de 20e eeuw' staat nu de tweede publicatie van Heemkunde Tubbergen op stapel. Eén van de taken van de Heemkundestichting is het verzamelen en conserveren van historisch erfgoed. De zuivelfabriek is een eeuw lang van grote economische betekenis geweest voor de inwoners van deze gemeente. Niet alleen voor de agrariërs maar voor de hele gemeenschap. Met het verdwijnen van de fabriek vervagen ook de herinneringen. Een boek als dit houdt de historie levend, met name voor de generaties van de toekomst.”


De Heemkunde-voorman is erg ingenomen met Jos Oude Nijhuis als schrijver van het boek. “Het was niet eenvoudig om een auteur te vinden. Zo iemand moet namelijk niet alleen over een goede pen beschikken, maar ook affiniteit hebben met het boerenleven. In Oude Nijhuis hebben we de juiste man gevonden.”

Jos Oude Nijhuis, in het dagelijks leven stadsverslaggever van De Twentsche Courant Tubantia in Almelo, heeft wel even geaarzeld om aan de klus te beginnen. ‘Ik realiseerde me dat het veel tijd zou gaan kosten. Het is namelijk niet alleen een kwestie van schrijven, er komt ook veel researchwerk bij kijken. Zo heb ik heel wat uurtjes doorgebracht in het stadsarchief van Zutphen waar de administratie van de zuivelfabriek is opgeslagen. Ook de gesprekken met directie- en bestuursleden en werknemers van de fabriek hebben veel tijd gekost. En uiteraard zijn er contacten met melkrijders en veehouders die destijds de melk aan de fabriek leverden.”

Dat de journalist uiteindelijk instemde met het verzoek van de Heemkunde heeft mede te maken met zijn achtergrond. “Mijn opa - zelf ook melkrijder - en mijn vader leverden melk aan de zuivelfabriek, al was het niet veel meer dan een bus per dag. Zelf heb ik er in mijn jonge jaren vakantiewerk gedaan. Dat geeft toch een band. Ook mijn belangstelling voor het boerenleven heeft eraan bijgedragen.”

De oprichting, de ontwikkeling en de teloorgang van de zuivelindustrie in Tubbergen komen in het boek ruimschoots aan bod.

Oude Nijhuis licht alvast een tipje van de sluier op. “In 1893 werd de eerste boterfabriek opgericht onder de naam 'De Vrijheid'. In 1916 bouwde de Albergse Aannemerscombinatie Lohuis en Horstman een nieuwe fabriek voor 30.367 gulden die De Eendracht werd genoemd. Met de productie van kaas kreeg het bedrijf in de zestiger en zeventiger jaren van de vorige eeuw een krachtige impuls. Jaren van bloei braken aan.


Op het hoogtepunt (1983) werd 71 miljoen liter melk van eigen leden verwerkt. “De kaasproductie bezorgde de fabriek een uitstekende reputatie. De Goudse kaas van De Eendracht was erg populair. Met zo'n 60 werknemers in de fabriek en 40 melkrijders was de zuivelindustrie toentertijd van wezenlijk belang voor de economische ontwikkeling en de werkgelegenheid in de gemeente.”


Een zevental directeuren heeft aan het roer gestaan van de fabriek. Onder hen Sjieuke Flapper, Gerard Boswerger en Sijf Kuypers. Dat uiteindelijk het doek viel vond zijn oorzaak in maatschappelijke en technologische ontwikkelingen.

Oude Nijhuis: “De melkprijs, die De Eendracht de boeren uitbetaalde, bleef wat achter ten opzichte van collega-coöperaties. Om de productiekosten te drukken moest er fors geïnvesteerd worden in verdergaande mechanisering en automatisering. Tegelijkertijd was er echter een smalle basis, in die zin dat het bedrijf het helemaal van kaas moest hebben. Daar kwam nog bij dat de plek van de fabriek midden in het dorp niet ideaal was.”

“Hoewel directie en de meerderheid van de bestuursleden zich bleven inzetten voor behoud van de zelfstandigheid, zagen vooral jongere boeren meer in een fusie met de grote regionale zuivelcoöperatie Coberco. Eendracht maakte plaats voor tweedracht. Uiteindelijk bleek sluiting onvermijdelijk.”


“Op 21 mei 1991 nam de algemene ledenvergadering met 278 tegen 83 stemmen het besluit om te fuseren met Coberco. In juni 1993 liepen de laatste kazen van de band. Kort daarop werden de fabrieksgebouwen gesloopt.”

Een eeuwlang is de Tubbergse zuivelfabriek van grote betekenis geweest voor de gemeenschap. Bij veel oud-werknemers heeft de fabriek nog altijd een bijzonder plaatsje in het hart. De historie wordt nu in een boek vastgelegd. Daaronder ook veel bijzondere verhalen, onder meer over de diepe armoede in de dertiger jaren, de donkere gebeurtenissen in de oorlogsjaren, het illegaal hijsen van de nationale driekleur op de schoorsteen, een ernstig ongeluk in de fabriek waarbij directeur Beute een arm verloor.

Ook wordt summier stilgestaan bij de concurrentie: La Neerlandia, de particuliere zuivelfabriek van de familie Koopmans in Tubbergen en de zuivelindustrie in Albergen. Eind van dit jaar komt het boek op de markt. Dan kunnen belangstellenden nog eens door de geschiedenis van de Tubbergse zuivelindustrie bladeren.

De stichting Heemkunde en schrijver Jos Oude Nijhuis hebben hun doelstelling dan verwezenlijkt: het vastleggen van een stuk historisch erfgoed voor de gemeenschap.