#04/2020-
voorgaande
Zuivelhistorienederland.nl
Bron: Leeuwarder Courant 2004-
“Het zuivelbeleid is klaar”
Gesprek met André Olijslager – directeur Royal Friesland Foods
Door Nico Nylkems
Eind dit jaar treedt André Olijslager terug als voorzitter van de concerndirectie van Nederlands grootste zuivelonderneming Friesland Foods. Daarmee komt een eind aan een tijdperk, waarin deze rationalist leiding gaf aan een onderneming die groeide in een sector die in belangrijkheid afnam. Met opgeheven hoofd neemt hij na veertien jaar afscheid.
Voor de Friezen blijft Friesland Foods nog altijd een Friese onderneming Vandaar ook de grote betrokkenheid van boeren bij ‘us fabriek’ Soms verwondert de geboren Zeeuw André Olijslager zich wel eens over het gewicht dat de zuivel nog heeft in Friesland. In de periode dat Olijslager hier een zuivelonderneming leidde nam het aandeel in de werkgelegenheid fors af. Het hoofdkantoor van de oude condensfabriek verdween uit Leeuwarden naar Meppel, ooit werkten er in Leeuwarden 2500 mensen, nu nog 900.
Sinds de laatste fusie in 1997, waaruit de huidige onderneming Friesland Foods voortkwam is vooral de kaasdivisie veel mensen kwijtgeraakt. Olijslager: “Wat hier gebeurde in de zuivel gebeurde ook in andere industriën”
De veranderingen in de zuivel gingen geleidelijk Olijslager verklaart dat uit de typische coöperatieve structuur van de Nederlandse zuivel. Van de zuivelindustrie is 80 procent van coöperaties. Boeren, zo meent de zuiveldirecteur, verkopen niet. Ze fuseren wel, waardoor fabrieken sluiten, maar de productie neemt niet af. In Frankrijk stootten particuliere zuivelondernemingen als Lactalis en Danone melk af en het Zwitserse Nestlé verplaatst op dit moment veel zuivel uit Europa.
Nu staan er ingrijpender veranderingen voor de deur door de zuivelhervorming, waartoe de Europesche Unie dit jaar besloot Een gevolg zijn dalende melkprijzen. De boeren hebben nu het gevoel met de rug tegen de muur te staan. “De prijs wordt bepaald door vraag en aanbod. De overheid zat daartussen met prijsinterventies en exportrestituties. Nu de overheid zich terugtrekt daalt de prijs en dat is logisch en onomkeerbaar.”
Melksprookjes
Boeren denken daar wel eens anders over. De Nederlandse Melkveehouders Vakbond (N.M.V.) heeft het initiatief genomen een melkprijsvereniging, op te richten om door bundeling van het aanbod de prijs omhoog te krijgen. Het enthousiasme voor deze Dutch Dairy Boaird is groot onder boeren.
Olijslager: “Pardon. Laten we wel serieus blijven. Ik geloof niet in sprookjes. Het woord markt heb ik van deze mensen nog nooit gehoord. In onzekere tijden zie je zulke dingen vaker. Mensen weten niet wat er op hun afkomt. Dan heb je altijd charismatische lieden, die leuke dingen roepen. Dat zag je ook met Pim Fortuyn. Ik ben er niet om dat soort sprookjes te vertellen.”
De veronderstelling dat er een tekort zou zijn aan melk, waardoor afnemers door de knieën zouden gaan als er een leveringsstaking komt, doet Olijslager lachen: “De fabrieken in Europa hebben miljarden liters melk over. In die context moeten mensen dat zien. Boeren moeten nog wennen aan een nieuw systeem. Als de wereldmarkt niet zo gunstig was geweest, was de melkprijs nog verder gedaald, het zuivelbeleid is nu geregeld. Dat is klaar. Hoe eerder men zich dat realiseert hoe beter.
A. Olijslager hoofddirecteur van (Royal) Friesland Foods treedt terug-
A. Olijslager
Geen frame -
“De melkprijsclub leeft ook niet onder onze leden Ik hoor er weinig over op de vergaderingen van de ledenraden”, aldus Olijslayer. Het is door dit soort uitspraken, dat veel leden/boeren zich onbegrepen voelen door hún zuivelfabriek. Nog maar enkele maanden geleden. trad de NLTO-
De directeur heeft het soms moeilijk met de nadruk op Friesland. “Wij kennen geen Nederlands of Fries belang. Er is een deelbelang in Nederland, maar ook in Vietnam en in Afrika. Hier zien we Friesche Vlag, maar Dutch Lady in Zuid-
Die rationele beslissingen kostten wel honderden mensen hun baan in het Noorden. “Maar dat is altijd wel met heel goede sociale plannen gegaan. We hebben daarover nooit ruzie niet de vakbonden gehad. Maar dat vergoedt niet, dat op het individuele vlak wel degelijk menselijke emoties hebben gespeeld. Toch ga ik met opgeheven hoofd door Friesland.”
Kaaszorgen
In de kaasdivisie werd harst ingegrepen. In Friesland stoten de fabrieken van Sint Nicolaasga, Balk, Elsloo, Burgum en recentelijk die van Oosterwolde. De Goudse kazen en Edammers werden onder het merk Frico gebracht. Een poging de markt te beinvloeden door aanbodsturing mislukte Zo blijft Frico Cheese het zorgenkindje van Friesland Foods. De winst is zelden het noemen waard, de verliezen vaker. Olijslager beaamt het, maar: “Kaas maken is een manier om melk te verduurzamen, net zoals boter en poeder. De Gouda’s en Edammers zijn niet beschermd. De opbrengst is dus sterk afhankelijk van de markt.“
En dan komt Friesland Foods ineens met de aankondiging, dat het de kaasprijs met 5 procent verhoogt tegen de trend van een prijzenslag in supermarkten in. Zie je wel roept de N.M.V., dat komt door ons. Daardoor krijgt de zuivel weer lef. “Onzin”, aldus Olijslager, “dat zijn sprookjes. Het afgelopen jaar hebben boter en poeder het goed gedaan. Het resultaat is een lagere kaasproductie, derhalve, een opwaartse druk op de prijzen. Dus kunnen we de, prijs verhogen.”
“Wij zijn in coöperatieland anders. Wij vormen een bedrijf met een aanzienlijk hogere opbrengst dan andere coöperaties. Onze structuur is marktgericht. Het splitsen van de coöperatie in de coöperatieve eigenaar en onderneming. ging om die marktgerichtheid, niet om die financiering: zoals sommigen denken.” Toegevoegde waarde, merkenposities zijn termen waar Olijslager zich graag van bedient. De producten moeten toegevoegde waarde hebben en een merk moet nummer een of twee zijn in een land om een hoog rendement te halen.
Inmiddels haalt, Friesland Foods de helft van de winst uit de ‘sterke merken’. Het rendement van de onderneming blijft onder dat van bijvoorbeeld Nestlé en Danone, beide particuliere ondernemingen. Maar de coöperatie draait niet alleen op goed renderende producten. De opdracht is het verwerken van de melk van de leden op een efficiënte manier. Dat zou een reden kunnen zijn, om het vermarkten van de melk ter hand te nemen om de consumptie op te voeren. De Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) startte onlangs een campagne, om melk weer onder de aandacht te brengen met de slogan: ‘Het lichaam schreeuwt om zuivel.’ ” Olijslager ziet er weinig in, ook al omdat het aandeel dagvers slechts 8 procent van de omzet vormt.
bij.”
Wat de NZO doet is geen vermarkten. Dat is voorlichting. Vermarkten is onze taak. Daar gaan miljoenen naar toe. In de tijd van de melkbrigadiertjes werd melk gepropageerd als voedingsmiddel, niet als frisdrank. Kijk eens naar Chocomel. Dat zien wij helemaal niet meer als zuivel. Dat is het wel, maar wij doen alsof het een frisdrank is. Melk is een ander verhaal. Dat komt door de verpakking. Melk zat hier vroeger niet in een pak. Water was wel verpakt met een naam erop. Die achterstand maak je nooit meer goed. In ontwikkelingslanden is dat anders, daar kennen ze melk alleen maar in een blikje.”
Verpakkingsinnovatie
Dus steekt Friesland Foods veel energie in de verpakking. Veel van wat het concern naar buiten brengt als innovatie, is verpakkingsinnovatie. Kleinere verpakkingen, moderne tubes. Maar echte vernieuwingen zijn op de vingers van een hand te tellen. Breaker, Go!, Cheez’it en Dubbel Friss zijn een succes, maar het is lang peinzen aleer een ander product te binnen schiet. Olijslager stelt vast, dat de verpakking inderdaad belangrijk is.
Als het niet door merk of product is dat een industrie zich kan onderscheiden, dan moet het door distributie en logistiek. Zo kan Friesland Fonds zich met kaas een plaats verwerven in de schappen van de supermarkt. De winst is dan afhankelijk van de kosten. “Bij kaas zijn onze verwerkingskosten per ton melk wel de laagste”, meldt Olijslager trots.
Dat het afgelopen jaar de resultaten van het concern desondanks tegenvielen, wijt de directeur aan de goedkope dollar. Ongeveer 25 procent van de omzet is gerelateerd aan de dollar. Als die lage dollarkoers structureel blijkt, dan zal het concern zich moeten aanpassen. De directeur denkt nog niet aan terugtrekken. “Vergeet niet, dat wij in landen waar wij in dollars verkopen, ook in dollars inkopen. We moeten dus een vorm ontwikkelen, die past bij zo’n koersverhouding.
Nu concurrent Campina de krachten bundelt met het Deense Arla Foods zijn de ogen sterk gericht op Friesland Foods. Grote fusies liggen niet in het verschiet zegt Olijslager: „De grootte van een bedrijf zegt mij niets. Het gaat erom wie het meest verdient. Onze focus ligt op negen regio’s in de wereld. Daar gaan we in de diepte. Wij weten precies wat we willen en laten ons niet sturen door wat anderen doen.”
Friesland Foods trok zich terug uit China. Dat wekte verbazing, want van China wordt veel verwacht. „Tja, maar wij zijn niet de enigen die zich terugtrokken. In de zuivel viel er niet te concurreren tegen producenten, die er andere methoden op nahouden. Methoden en normen, die wij ons niet kunnen en willen veroorloven. Maar met kindervoeding zijn wij wel in China gebleven. Dat is een hoogwaardig merk dat het vertrouwen van afnemers moet hebben.”
De melkprijs is laag, daar moeten boeren aan wennen. Iets anders is, zo stelt Olijslager met trots, dat boeren een miljoenenbedrijf in handen hebben met prachtige, merkenposities, waar 50 procent van de winst komt uit producten met toegevoegde waarde. “De certificaten hebben een rendement van gemiddeld 10 procent. Kom daar eens om op de beurs. Dat is uniek. Daardoor staan wij anders in de wereld.”
Olijslager sluit het zuivelboek voorlopig. Als adviseur blijft hij beschikbaar. “Stilzitten is niets voor mij, ik heb een paar dingen op het lijstje staan. Zuivel hoort daar niet meer bij.”