#17Ov/2024-10-19

versie-X7.3

voorgaande

voorgaande

Blz.



27-28

Oprichting GOZ





272

Vanaf 1972 , overname van behartigen zuivelfabrieken door Coberco met in 1992 opheffing van GOZ!





 GOZ. In Boek J. Lankveld

Blz. 27-28

3.4.3 Geldersch-Overijselsche Zuivel­bond van Cooperatieve Zuivelfa­brieken (GOZ)40)


Toen de eerste zuivelfabriekjes werden gesticht ontstond er behoefte om in federatiefverband de belangen te bundelen en in vereniging zaken op te pakken van gemeenschappelijk belang. Dat ge­beurde in meerdere provincies, vaak met steun van de provinciale Maatschappijen van Landbouw. In Gelderland werd het initiatief genomen door G .J. Bieleman (1854-1921); hij was hoofdonderwij­zer te Vorden en heeft een zeer belangrijke orga­nisatorische rol gespeeld bij het tot stand komen van de samenwerking in de Coöperatieve zuivel­wereld.

Hij was initiatiefnemer bij de oprichting van de Coöperatieve Zuivelfabriek te Vorden en werd de eerste voorzitter van het bestuur.

Toen er in Oost-Nederland enkele zuivelfabriekjes waren opgericht nam hij in 1896 het initiatief tot de op­richting van de Geldersch-Overijsselse Bond van Coöperatieve Zuivelfabrieken (GOZ) en werd de eerste voorzitter.

Vanuit die rol was hij ook initiatiefnemer en eerste voorzitter van de fede­ratieve samenwerking van de coöperatieve zuivel­fabrieken in Nederland binnen de Algemeenen Nederlandschen Zuivelbond (F.N.Z.) in 1900.

Na een half jaar volgde in april 1901 zijn benoe­ming tot boterinspecteur in Rijksdienst.


De eerste door Bieleman bijeengeroepen ver­gadering op 6 juni 1896 werd gehouden in de serre van de stationswachtkamer te Zutphen. Doel was te komen tot de oprichting van een Bond voor Coöperatieve zuivelfabrieken in Gelderland en Overijssel.

Besloten werd tot het instellen van een commissie belast met het opstellen van de con­ceptstatuten en reglement. Er werden vijf com­missieleden benoemd: G.J. Bieleman, hoofdon­derwijzer te Vorden, voorzitter; E. E. Kronenburg, hoofdonderwijzer te Eefde, secretaris; H.A. Plegt, onderwijzer te Rossum; H. Jansen, aannemer te Didam en H.C. Heering, winkelier te Oene.

Begin oktober vond, wederom in het stationsgebouw te Zutphen, de oprichtingsvergadering plaats met de verkiezing van het definitieve bestuur:

G.J. Bieleman, voorzitter; H. Jansen, ondervoorzitter; E.E. Kronenburg, secretaris; Plegt penningmeester en de leden H.C. Heering (Gene), H. Wisselink (Haaksbergen) en Jhr. Mr. van Nispen tot Sevenaer (Zevenaar).41)


De belangrijkste doelstellingen neergelegd in de statuten waren 42):

- de bevordering van het maken van fijne zuivel­producten

- het verschaffen van waarborgen voor de zui­verheid dezer producten

- het bestrijden van knoeierijen in de zuivelhan­del

- het gezamenlijk aankopen van benodigdheden voor de fabrieksmatige zuivelbereiding

- het aansluiting zoeken met andere gelijkge­zinde bonden of verenigingen.


De eerste ledenlijst (tabel 3.1 ) per 1 oktober 1896 telt 16 leden welke gerekend worden tot de op­richters van de GOZ met een gezamenlijke melk­verwerking van ruim 17 miljoen liter.43) Van de 16 coöperaties betrokken bij de oprichting waren er 12 werkend op stoom 44).

De eerste contributie werd vastgesteld op f 1,50 per 100.000 liter melk, de contributie bedroeg dus totaal ca. f 255, --. De eerste 20 jaar was er veel verloop in het lidmaatschap, de eerste wereldoor­log bracht meer stabiliteit in de Zuivelbond. De gezamenlijkheid bracht uiteindelijk vele voorde­len.

  © versie Boek Jos Lankveld 2012

GOZ - Gelders-Overijsselse Zuivelbond - 2/2

_wp_slot_achterhoek

voorgaande pagina naar pagina-01 volgende pagina


voorgaande pagina volgende pagina