#NBr/2020-08-06

versie-7.0

voorgaande

voorgaande

Udenhout - off line

Melkfabriek Udenhout


In de volksmond worden de woorden Melkfabriek, Boterfabriek en Zuivelfabriek door elkaar gebruikt. Boterfabriek is wat ouder. Zuivelfabriek wat moderner. Op 3 maart 1916 passeerde voor Notaris Vroemen in Udenhout de akte voor de oprichting van een zuivelfabriek. Bij de ondertekening kwamen 21 Udenhoutse inwoners te pas, te weten 19 landbouwers, burgemeester Henricus van Heeswijk en kapelaan Antonius Mooren. Al op de jaarvergadering van de Boerenbond stond defabriek op de agenda. De reden dat de oprichting toch pas in 1916 plaatsvond moet liggen in een te klein aantal koeien, waardoor er geen basis was het benodigde kapitaal bijeen te brengen en de fabriek efficiënt te kunnen exploiteren. De eerste taak van het bestuur was het bouwen van een melkinrichting op een terrein aan de Kreitenmolenstraat, toen nog Stationsstraat geheten, pal naast de Boerenbond. Het bestuur gaf de bouwkundige L. van Berkel uit Schaijk de opdracht tekening, bestek en voorwaarden te maken. De kosten waren begroot op ruim ƒ100.000,-. Het werk werd gegund aan aannemer Josje Brekelmans uit Udenhout, die de fabriek begin mei 1917 opleverde. Op 18 mei van dat jaar startte men met de ontvangst en de verwerking van de aangevoerde melk.Een jaar later werd het werk van de botermijn stilgelegd. Rond 1920 telde de coöperatie 300 leden. In 1921 ging men over tot de aanschaf van een tweede stoomketel en een poedermachine, zodat men een te groot aanbod van melk kon verpoederen. De verkoop van consumptiemelk was de eerste jaren nog gering. Het grootste gedeelte ervan werd als volle melk verkocht. In 1924 waren er twee melkventers in dienst. De verkoop van consumptiemelk steeg geleidelijk aan. Door de aankoop van De Hoop steeg de verkoop van consumptiemelk in 1950 naar 3¼ miljoen liter en in 1956 naar 4¼ miljoen liter. Er waren 25 melkventers in dienst en men had de beschikking over 11 slijters. De totale personeelsbezetting in 1956 was 60 personen. De Melkfabriek in Udenhout was in de zestiger jaren uitgegroeid tot een fabriek met een aanvoer van 12 miljoen kg melk per jaar, maar kon het niet op zijn eentje bolwerken. Al twee keer eerder was gepoogd om met de CTM een samenwerkingsverband op te zetten. Twee keer was dat door de leden afgewezen. Op 18 november 1964 riep men de leden opnieuw tot een buitengewone algemene vergadering. Op de agenda stond het voorstel te fuseren met de Coöperatieve Tilburgse Melkinrichting G.A. te Tilburg, de CTM, onder de opschortende voorwaarden dat de CTM zich tot overname van het bedrijf met alle lusten en lasten bereid verklaarde en als lid wilde aannemen alle leden van de Udenhoutse coöperatieve vereniging, die de wens daartoe te kennen geven. De fusiedatum is 10 januari 1965. Op 11 januari hield het personeel een ludieke bijeenkomst voor de begrafenis van “Dorus van Udenhout”: “In volle overgave overleed heden tot onze diepe droefheid onze dierbare patroon Dorus van Udenhout, gehuwd geweest met Josefa van Haaren, in de leeftijd van 47 jaar. De begrafenis zal plaats hebben op dinsdag 12 januari a.s. te 20 uur in de boomgaard achter de CTM te Udenhout waarbij U beleefd wordt uitgenodigd. Bijeenkomst dames op het kantoortje, heren in de kantine. De overledene is opgebaard in de rouwhal van de zuivelfabriek. Bezoekuur maandag 12.00 - 13.00 uur. Geen bloemen, gaarne bier.”

http://wiki.regionaalarchieftilburg.nl/Melkfabriek_Udenhout  - in nw. venster

Directeuren van de Melkfabriek


1917 Jan Besseling


1941 Jan Geerts


1948 Henk Janssen

Henk Janssen


Janssen.jpg

Hendrik, Henk of Hein Janssen was directeur van de Udenhoutse Melkfabriek, gemeenteraadslid en 17 jaar lang voorzitter van de Udenhoutse voetbalvereniging S.S.S.


Hendrik werd in 1901 geboren in het Limburgse Helden-Panningen als oudste in een boerengezin met acht kinderen. Beide ouders overleden te vroeg en Hendrik kreeg de zorg over het gezin. De boerderij werd aan de kant gedaan en de jongste kinderen bracht hij onder bij familieleden. Hendrik ging werken op de plaatselijke stoomzuivelfabriek, waar hij zich al snel opwerkte tot machinist-centrifugist. Al werkende studeerde hij succesvol voor het diploma assistent-directeur. Door ziekte van de directeur moest hij deze al snel na het behalen van dat diploma vervangen. In 1941 werd hij benoemd tot directeur in Oostrum bij Venray waar hij de oorlog meemaakt. De zuivelfabriek werd tijdens de ter plaatse heftige bevrijdingsperiode zodanig beschadigd en de melkveestand zo zeer uitgedund, dat besloten werd de productie niet meer te hervatten. Janssen kreeg een controlefunctie bij de eerder genoemde ZNZ en vanuit die positie solliciteerde hij naar het directeurschap in Udenhout, waar hij uit een groep van 72 sollicitanten tot directeur werd benoemd.


In 1918 werd hij lid van de voetbalclub H.V.V. (de Heldense Voetbal Vereniging). In 1930 heeft hij een scheidsrechtersopleiding gevolgd bij de KNVB. Hij is scheidsrechter gebleven tot en met 1948. Zijn laatste wedstrijd was in Afferden, waar hij op zijn Harley naar toe ging. Een kwartier voor het einde van de wedstrijd kreeg hij kramp in zijn liezen. Hij heeft de wedstrijd wel uitgefloten, maar daarna moest men hem op zijn Harley helpen. Henk Janssen kwam in 1949 naar Udenhout om er directeur van de Melkfabriek te worden. Eenmaal in Udenhout klampten enkele S.S.S.’ers directeur Janssen al snel aan om voorzitter van S.S.S. te worden, onder andere Jan de Bruijn, kapelaan Simons en de heer van Ginneken. Directeur Janssen werd voorzitter in 1953 en zou dat blijven tot 1970. Hij heeft sportieve triomfen en teleurstellingen meegemaakt, heeft zich zeer sterk gemaakt voor het trainen en voor enige discipline van de spelers, en hij heeft natuurlijk de komst van het sportpark aan de Sportlaan niet alleen mee mogen maken, maar er ook daadwerkelijk persoonlijk aan bijgedragen. De heer Janssen zette zich in Udenhout in op maatschappelijk, sportief en cultureel gebied. Hij was niet alleen voorzitter van S.S.S., hij was ook betrokken bij de toneelvereniging DVO, was mede-oprichter van de carnavalsvereniging De Zandhaozen, initiatiefnemer voor de samenwerking tussen sportverenigingen in Udenhout en enkele jaren lid van de gemeenteraad voor de door hem zo gewenste “Sportlijst”. Op 20 oktober 1965 werd hij koninklijk onderscheiden met een gouden eremedaille verbonden aan de orde van Oranje Nassau.

Jan Besselink


Na advies te hebben ingewonnen bij de overkoepelende organisatie ZNZ te Roermond, benoemde men de heer J.H.J. Besselink uit Schaijk tot de eerste directeur met een jaarsalaris van f.1.600,-, vrij wonen inbegrepen. De ledenvergadering van 13 maart 1917 gaf het bestuur volmacht voor de aankoop van grond, het opnemen van geld en het bouwen van een directeurswoning. Het bestuur kocht het pand van de familie Weijers, directeur van de steenfabriek, aan de Stationsstraat.

Rond 1920 telde de coöperatie 300 leden. Het jaarsalaris van de directeur was ondertussen opgetrokken naar f.3.760,- plus vrij wonen, vuur en licht. Elke boer met koeien uit Udenhout en Biezenmortel, alsmede een aantal boeren uit Berkel en uit Loon op Zand, was in vrij korte tijd lid geworden van de Coöperatieve Zuivelfabriek.

In maart 1925 was er plotseling paniek in het bestuur van de Boterfabriek. Directeur Besselink stond hoog genoteerd op de benoemingslijst voor de zuivelfabriek in Zevenbergen. Het bestuur kwam met betere salarisvoorstellen, waardoor het hem op het nippertje wist te behouden. Het bestuur klaagde, dat de ledenvergaderingen slecht bezocht worden. Slechts 60 tot 80 van de 300 leden bezochten doorgaans de algemene vergaderingen.

In 1929 vond in Tilburg een vergadering plaats met de besturen van de omliggende melkfabrieken om te komen tot een oprichting van een melkproductenfabriek voor gezamenlijke rekening. De notulen zeggen niet waarom het initiatief niet is doorgegaan. Waarschijnlijk wilden de besturen wel, maar waren de leden nog niet zover. Op de algemene vergadering van 3 mei 1929 wijzigde de Udenhoutse Boterfabriek haar statuten en het huishoudelijk reglement. Wanneer een boer wegging bij de Boterfabriek om zijn melk voortaan aan een ander bedrijf te leveren, dan moest die boer in het vervolg 75 gulden per koe betalen. Blijkbaar nam de CTM Tilburg Udenhoutse leden over. De vergadering kwam met het voorstel om als tegenmaatregel in Tilburg melk te gaan venten. Kort daarop vielen de eerste zware boetes als twee onwillige leden zonder voorkennis in Tilburg hun melk waren gaan leveren. Na het voldoen van hun boete werden zij weer in genade aangenomen. Er was duidelijk een voorbeeld gesteld.

In de crisisjaren verlaagde men de lonen van de medewerkers vanwege de lage prijzen voor de melk. Het koeiengeld was elke bestuursvergadering onderwerp van gesprek. Vanwege de lage melkprijzen waren er veel boeren die melk aan huis verkochten of de melk zelfs opvoerden aan hun eigen kalveren. In 1936 overwoog het bestuur om roomijs te gaan produceren, teneinde de onderbezetting van de fabriek te benutten, maar de aanschafprijs van de machines lag zodanig hoog, dat men er van afzag. Het bestuur besloot in april 1936 om de volle melk voor 6 cent per liter te gaan verkopen. Het verzoek van de leden om aan hen boter met reductie te verkopen, werd aangehouden.

Begin januari 1941 overleed directeur Besselink.

Jan Geerts


Directeur van de Melkfabriek van 1941-1948, tot dan directeur van de melkfabriek van Kloosterzande. Het jaar 1948 was voor de Melkfabriek een jaar van grote financiële problemen. Directeur Geerts werd opgevolgd door Henk Janssen.

Oprichting Melkfabriek Udenhout


Op 3 maart 1916 passeerde voor Notaris Vroemen in Udenhout de akte voor de oprichting van een zuivelfabriek. Bij de ondertekening kwamen 21 Udenhoutse inwoners te pas, te weten 19 landbouwers, burgemeester van Heeswijk en kapelaan Mooren.

Al op de jaarvergadering van de Boerenbond van 10 mei 1907 verzorgden de heren Wintermans en Huizinga lezingen over de fabrieksmatige verwerking van zuivel. Op 24 februari 1908 kocht de Boerenbond voor een bedrag van f.1.074,60 een naastgelegen perceel aan ten behoeve van een toekomstige zuivelfabriek. De jaarvergadering van 18 mei 1908 belastte een voorlopig bestuur met het onderzoek naar de mogelijkheden voor het opzetten van een melkinrichting en het formuleren van de conceptstatuten. Erevoorzitter burgemeester van Heeswijk en kapelaan Mooren kregen een raadgevende stem. Weer een jaarvergadering later deelde men mee, dat het plan bestond een flinke zuivelfabriek te bouwen, zodra er in totaal 400 koeien zijn aangemeld. Kwam men in 1909 niet aan dat getal, dan zou men in 1910 een kleine fabriek bouwen. Op dat moment waren er 200 koeien aangemeld. Men had al een directeur op het oog, die een salaris zou krijgen afhankelijk van het aantal deelnemende koeien. De reden dat de oprichting toch pas in 1916 plaatsvond, moet liggen in een te klein aantal koeien, waardoor er geen basis was het benodigde kapitaal bijeen te brengen en de fabriek efficiënt te kunnen exploiteren.

Het eerste bestuur bestond uit voorzitter Hannes Willems, onder-voorzitter Jan Vermeer en de leden Janus Pijnenborg, Kees van Balkom en Peer Heijmans. De raad van toezicht bestond uit voorzitter burgemeester van Heeswijk, onder-voorzitter Kobus van Roessel, secretaris Willem Versteijnen en geestelijk adviseur kapelaan Mooren. Aanvankelijk liet men in het bestuur twee plaatsen open voor boeren uit Berkel-Enschot en Loon op Zand. Al snelden vulden de heren N.J. van de Pas en G. van Rooy deze plaatsen in.

De eerste taak van het bestuur was het bouwen van een melkinrichting op een terrein aan de Kreitenmolenstraat, toen nog Stationsstraat geheten, pal naast de Boerenbond. Het bestuur gaf de bouwkundige L. van Berkel uit Schaijk de opdracht tekening, bestek en voorwaarden te maken. De kosten waren begroot op ruim f.100.000,-, waarvan voor gebouwen en grond f.42.000,-, voor inventaris f.54.000,-, en voor onvoorzien en oprichtingskosten f.4.600,-. Het werk werd gegund aan aannemer Josje Brekelmans uit Udenhout, die de fabriek begin mei 1917 opleverde. Op 18 mei van dat jaar startte men met de ontvangst en de verwerking van de aangevoerde melk. Een jaar later werd het werk van de botermijn stilgelegd.






 Geplaatst als © versie

Udenhout: De melkfabriek aan de Kreitenmolenstraat.                                                                                   Bron: zie link

 2016-09-11 Boekpresentatie

Anno 2016 krijgt een product uit de melkfabriek niet eens de kans om zuur te worden.......na 36 uur zijn alle boeken uitverkocht


Op vrijdag 9 september vertelde Kees van Kempen in zijn uitgebreide presentatie nog dat er een verhaal in het nieuwe boek van heemcentrum ‘t Schoor was opgenomen, waarin verteld werd dat er vroeger bij het bepalen of de melk zuur was, wel eens wat mis ging omdat niet alle ingrediënten voor het slagen van deze test aanwezig waren.

Het laatste product dat over de Udenhoutse Melkfabriek is uitgebracht heeft de tijd om ‘zuur’ te worden niet eens gehaald. Al na 36 uur waren alle boeken uitverkocht, en waarschijnlijk ook al door de kopers van voor tot achter doorgelezen. En dit ondanks het feit dat de houdbaarheid van dit boek een stukje langer is dan de producten die in vroegere tijden uit de melkfabriek rolden.


Nieuw boek in de serie

Tijdens de boerenbruiloft enkele jaren geleden is aan de bar in café ‘t Centrum het idee geboren om een verhaaltje te gaan schrijven voor het boekje dat jaarlijks door Heemcentrum ‘t Schoor uitgebracht wordt. Al snel bleek echter dat er over de melkfabriek in Udenhout zoveel viel te vertellen dat besloten werd om er een compleet nieuw boek uit de inmiddels bekende boekenserie van te maken. Naast het schrijversteam van ‘t Schoor was deze keer Frits Janssen (oud directeur van de Coöperatieve Zuivelfabriek Sint-Isidorus Udenhout) een van de grote initiatiefnemers van het boek.

Naast de vele verhalen van Frits zijn ook oud medewerkers van de fabriek door de schrijvers bezocht waardoor er wederom een boek is ontstaan dat niet alleen de vaste verzamelaars maar ook heel veel andere geïnteresseerden in de boekenkast hebben staan.

Een afgeladen volle zaal + balkon van ‘t Plein konden na de presentatie om de aanschaf van een boek heen.

Ook het woordje van Frits Janssen, nadat hij het eerste exemplaar in ontvangst had mogen nemen, heeft vele mensen over de streep getrokken het boek te kopen.

Voor ‘t Schoor een mooi bewijs dat hetgeen waar ze al vele jaren veel uurtjes vrije tijd insteken, zeer gewardeerd wordt door de inwoners van Udenhout en ver daarbuiten!


Gelukkig waren wij er vrijdag op tijd bij en kunnen we zo meteen weer een paar bladzijde uit het nieuwe ‘collecters item’ gaan lezen…

 Google-Boek: 2016 ophalen  - in nw. venster

Google-Boek: 2016 ophalen  - in nw. venster

voorgaande pagina

Geen frame - ga naar - www.zuivelhistorienederland.nl

voorgaande pagina